woensdag 14 november 2007

And so it is, just like you said it would be.

Ik heb een bekentenis voor jullie allemaal. Ik ben al meer dan een jaar niet meer verliefd geweest. Wat zeg ik, meer dan anderhalf jaar. Of zo lang lijkt het alleszins toch. Ik ben dichtbij geweest, één of twee keer, maar nooit meer echt verliefd. En het is niet dat ik niet verliefd meer zou willen worden, het is gewoon dat ik het niet meer wil. Ik weet dat dat voor de banalere lezers onder jullie wat moeilijk te vatten zal zijn, maar telkens ik iemand leer kennen op wie ik wel verliefd zou willen worden dan zeggen mijn hersenen 'Oppassen, klojo! Want straks komen de traantjes weer!' En gelijk hebben ze. Want zo is het, net als in de melige liedjes die ik zo graag beluister.

Dus de volgende keer dat je de vlinders hoort flapperen in mijn buik, zeg er dan niets van, want eens ik ze opmerk jaag ik ze weer weg.


Kwestie van eens een typische blog na te doen,

Arno

Edit:

Om het af te maken, een crappy gedichtje:

Wanneer de zon gaat zakken,
Tot je ze haast kan pakken,
En de wolken kleur bekennen,
Kleuren ze jouw naam,
Odalisk.
En wanneer de sterren staren
Naar de aardse gevaren
Die de nacht opjennen,
Waken ze om jou,
Odalisk.
En wanneer die sterren vervagen,
Omdat de zon komt vragen
Of zij jou weer mag verwennen,
Komen ze toch steeds terug,
Odalisk.

Zo ook ik die je naam schrijf,
Eender waar ik verblijf,
Eender wat de klok slaat,
Of als ze zwijgt,
Odalisk.
Zo ook ik die je geur,
En je slechte humeur,
En je trieste gelaat
Telkens weer mis,
Odalisk.
Zo ook ik die verstom
Telkens ik in je buurt kom,
En dan radeloos vervaag,
Odalisk.

En ik weet als ik sterf:
Odalisk.
Zoals ik weet dat ik leef:
Odalisk.
En als de bloemen verdwijnen,
En als de vogels wegkwijnen,
En als de aarde verdord is,
Omdat alle leven te kort is,
Dan nog fluistert de wind:
Odalisk.
En als de wind niet meer fluistert,
En elk geheim is ontluisterd,
Dan nog zal je nazinderen,
Odalisk.
Zolang ik je nog mis,
Odalisk.

Geen opmerkingen: